José Pouwels (1964)
José:
Als meisje van drie jaar lig ik in de kamer onder de radio terwijl mijn moeder aan het poetsen en rommelen is. Zo’n teakhouten radiomeubel op pootjes met een ingebouwde pick-up, een radio, een box en een kastje voor de LP’s. Daar pas ik in de foetushouding precies onder. Mijn moeder luistert naar de arbeidsvitaminen. Het is 1967 en ze zingt bij alles een tweede stem. Dit sla ik op: “ze zingt iets anders, maar toch klinkt het leuk”. Ik oefen onhoorbaar mee. Deze plek is voor mij veilig en warm. Mamma is in de buurt en er klinkt altijd muziek.
Al vroeg mocht ik op muziekles en kickstartte ik mijn muzikale carrière bij “de Andreaantjes” het kinderkerkkoor van ons dorp in de Achterhoek.
Kijkend naar de veelkleurige lappendeken van mijn professionele leven, nu zo mooi ‘portfolio carrière’ geheten, komt één thema altijd terug. Muziek. Ik zong in jazz- en latin ensembles. Ontwikkelde een grote liefde voor kleinkunst bij theaterrestaurants Goldmund en Toussaint in Den Haag. En speelde drie theaterseizoenen volle zalen plat met cabaretgroep Schoon aan de Haak. Na mijn 40e ging de focus meer richting overdragen: muziek en dramadocent op de International School of Aberdeen (UK) en terug in NL op de International School of The Hague.
Als ik voelde dat ik ergens tekort kwam volgde er een studie: Docent Muziek aan Artez, Recital Voice, en Musical Theatre aan het London College of Music (UK). Op mijn 52e begon ik met de Master of Music Therapy aan Codarts, waar ik nu als docent werk naast mijn baan als muziektherapeut in de ouderenzorg.
Als muziektherapeut zing ik dagelijks met mensen. Telkens weer ben ik, net als dat driejarige meisje van toen, een dankbare getuige van het effect van zingen. En vooral ook sámen zingen, op de stemming, de vitaliteit en het gevoel van veiligheid.